Als het leven een brug is, dan is trauma het gat in het midden.
Trauma’s maken een einde aan het leven dat je leed. Het is niet dat je links- of rechtsaf gaat. Het is dat de weg stopt en je niet verder kan. Je staat op de rand van de afgrond. Je geliefden bevinden zich aan de andere kant van het gat, maar je kunt er niet komen.
Dit is het moment waarop je God nodig hebt. Meer dan ooit. Je smacht naar hem, zoals een hert naar water smacht. Kan je ziel dorst hebben? Je ziel heeft voortdurend dorst. God is het water van de ziel.
Als je een traumatische gebeurtenis meemaakt, of depressief raakt, dan voelt het alsof je ziel uitgedroogd is. Je hebt niets verkeerd gedaan, maar je hebt God zo hard nodig.
De eerste keer dat ik te maken kreeg met depressie was toen ik een serie spreekbeurten deed voor Open Doors in Zuid-Afrika. In tien dagen tijd werd ik van hot naar her gesleept om te spreken over Noord-Korea. Mijn collega’s waren gefascineerd door de verhalen. Verhalen van moedige christenen, maar ook verhalen over martelingen, verlies van kinderen, strafkampen, dood, verdriet…
Ik deed meer dan twintig spreekbeurten. Ze voelden als twintig pijlen in het hart. Ik kreeg dromen en zelfs bijna paniekaanvallen na afloop van weer een spreekbeurt.
Bij thuiskomst wilde ik rust pakken om te herstellen. Een week moest voldoende zijn. Maar ik voelde me verder afglijden. Alsof mijn lichaamsfuncties één voor één werden uitgeschakeld.
Ik lag in bed en voelde ze komen. Ik sloot mijn ogen. Het begon in mijn tenen, en daarna werd ik overspoeld door golven van rouw. Golf na golf. Ik lag verstijfd, wachtend tot het weer over was.
Ik kreeg een droom waarin ik huilend op de grond lag. Om me heen was het volslagen donker. Af en toe zag ik een gezicht van een bekende verschijnen, maar dat verdween weer net zo gauw als het was gekomen. Ik lag alleen, op de grond, huilend. Hulpeloos, zwak. Niemand om me op te rapen.
De depressie was alsof ik een donker bos rondliep. De bomen van het woud waren zo hoog dat ik de hemel niet kon zien. En ik was bang. Niet voor de bomen of voor de lange schaduwen. Ik was bang dat er geen eind kwam aan het bos. Dat ik nooit meer het licht zou zien of de warmte van de zon zou voelen.
Dit is wat de schrijver van Psalm 42 en 43 onder woorden probeert te brengen.
Want weet je wat het allerergste was toen ik zo depressief was? Dat ik – de schrijver – niet onder woorden kon brengen hoe ik me voelde. Ik functioneerde niet als werknemer, als echtgenoot, als vader, als schrijver.
‘Tranen zijn mijn brood’
Ik had anderen nodig om onder woorden te brengen wat ik meemaakte.
Tranen zijn mijn brood, bij dag en bij nacht, want heel de dag hoor ik zeggen: ‘Waar is dan je God?’
Ik had toch altijd geleerd dat God bij je is als je het moeilijk hebt?
Als je deze psalm leest, dan zie je een man of vrouw voor je in het oude Israël die getart wordt door de mensen om hem of haar heen.
Van andere mensen kun je je echter afsluiten. Van jezelf niet. De stem die zegt: ‘Waar is dan je God?’ is je eigen stem. Of beter gezegd: de stem van je eigen ziel.
Het is niet een stem die je onderuit wil halen, die je wil laten struikelen. Het is een zorgzame, bange stem. Een twijfelende stem. Het is de stem van je negatieve emoties. De stem die NU een oplossing wil. Die niet wil wachten. Nu is er actie nodig.
Weemoed vervult mijn ziel nu ik mij herinner hoe ik meeliep in een dichte stoet en optrok naar het huis van God – een feestende menigte, juichend en lovend.
Het is de stem die zich herinnert hoe het vroeger was, hoe je vroeger God loofde en Hem eer bracht en die niet ziet wat het je nu heeft gebracht.
De roep van vloed naar vloed, de stem van uw waterstromen – al uw golven slaan zwaar over mij heen.
Het is de stem die jou eraan herinnert hoe het leven je kan verzwelgen, zoals de golven een drenkeling te grazen nemen. Het is God die dat toestaat. Hij is schuldig aan jouw lijden.
Tot God, mijn rots, wil ik zeggen: ‘Waarom vergeet u mij, waarom ga ik gehuld in het zwart, door de vijand geplaagd?’
Het is de stem die God in het beklaagdenbankje zet. Waarom vergeet de Heer mij? Waarom draag ik rouwkleding? Waarom is alles en iedereen tegen mij?
Deze stem moeten we het zwijgen opleggen. Toch?
Is dat niet wat we willen doen? De emoties in je binnenste negeren, ze ontkennen, en begraven?
Dat is wat ik jarenlang had gedaan. Iedere verhaal van een vervolgde christen dat ik ooit had opgetekend, had ik begraven in mijn hart. Zo was mijn hart een kerkhof geworden vol vluchtig begraven verhalen, die nooit waren verwerkt.
Het was tijd om te rouwen en hardop te zeggen:
Wat ben je bedroefd, mijn ziel, en onrustig in mij. Vestig je hoop op God, eens zal ik hem weer loven, mijn God die mij ziet en redt.
Ik moest rouwen. Ik moest accepteren dat ik een tijd neerslachtig zou zijn, zodat God genezingswerk kon doen in mijn ziel.
Ervoer ik dat? Nee, ik was nog steeds verdwaald in dat donkere bos. Ik wist dat Gods licht er was. Soms ving ik even een flits op, en dan was het weer weg en vroeg ik me af of ik het me had verbeeld.
Toch vestigde ik mijn hoop op God. Hij was er. Andere mensen ervoeren Hem. Ik zocht op Youtube naar ‘sad christian songs’. Die gaven mij de woorden die ik zelf niet kon vinden.
Dat is ook de rol van de psalmen in de Bijbel. Psalmen is misschien wel het meest eerlijke Bijbelboek. Zo rauw, zo zwart, zo menselijk, en toch, zo mooi, zo licht, zo goddelijk. Als je zelf niet kunt bidden, bid dan de psalmen.
Psalm 42 loopt over in Psalm 43, waar staat:
Zend uw licht en uw waarheid, laten zij mij geleiden en brengen naar uw heilige berg, naar de plaats waar u woont.
Dan zal ik naderen tot het altaar van God, tot God, mijn hoogste vreugde. Dan zal ik u loven bij de lier, God, mijn God.
Licht is wat je nodig hebt als je je in een duister bos bevindt. De waarheid is wat je preekt tegen je eigen ziel. Geef je ziel ruimte om emoties te uiten en spreek je ziel dan toe als een klein kind, met liefde en waarheid.
‘Wat ben je bedroefd, mijn kind, en onrustig. Eens zul je God zien. Eens zul je Zijn warmte weer voelen, eens zal Zijn licht de duisternis uit jou verjagen.’
Als trauma het gat in het midden is, dan is God de brug.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!
Wat fijn dat je dit van jezelf vertelde.
Wat mooi omschreven.
Groetjes Saakje Krist.
Beste Jan,
Bedankt voor het eerlijk delen van je gevoelens.
Aan de psalmen heb ik niet zulke goede herinneringen, mijn vader was manisch depressief en citeerde te pas en te onpas uit de psalmen. Hij slikte geen extra medicijnen en raakten daardoor in een psychose, hij ging dan boetenpsalmen zingen bij de mensen op het dorp. Je beseft dat wij ons voor hem schaamden. We woonden in een katholiek dorp maar zelf waren we protestant, gelukkig kwamen we de mensen van ons dorp niet tegen op school of in de kerk.
Zelf heb ik ook last van depressies meestal om de 3 jaar, ik slik liever geen medicijnen en het is in die tijd overleven. Je ziet alles negatief en je ervaart God ook niet in je leven. Zelf praat ik niet over mijn depressies, meestal heeft het alleen zin met de mensen die het herkennen. Hieronder deel ik een bericht van Jan Smit, het is een heel mooi lied, de tekst raakten mij ook. Je moet het maar eens beluisteren.
Groet, Jeannette
God werkt door muziek heen. Of je nu naar Hem op zoek bent of niet, op bijzondere manieren probeert de Geest mensen te bereiken. Zo ook de bekende Nederlander Jan Smit. Een aantal jaar geleden zat de volkszanger in een burn-out. In dit seizoen was muziek erg belangrijk voor hem deelt hij in een aflevering van het seculiere programma Beste Zangers van AVROTROS.
“Ik was in die tijd echt veroordeeld tot de muziek”, aldus Jan Smit. “In die tijd kreeg ik een lied doorgestuurd van Matthijn Buwalda, een christelijke zanger. Ik kende het niet. En toen ik daar naar luisterde dacht ik: dit gaat over mij! Het was al jaren geleden geschreven, maar ik dacht: dit is voor mij gemaakt. Dit is mijn song. Toen heb ik hem ook een bericht gestuurd: ‘Ik ken je niet, maar dankjewel. Je trekt me er doorheen’.” Zou het niet Matthijn Buwalda, maar de Geest zijn geweest die door zijn muziek heen werkte bij Smit?
Christelijke zanger Matthijn Buwalda deelt het fragment op Facebook. De hele aflevering werd uitgezonden op zondag 15 oktober en is terug te kijken via NPOstart.
Wat mooi geschreven Jan, dat deze cursus voor velen genezend en helend zal zijn,”loof de Here mijn ziel en vergeet niet één van Zijn weldaden”
Lieve groet en zegen
Anja Bezemer
Psalm 42, vol hartenkreten tot God die leeft maar vaak verborgen is. Het geloof dat Hij leeft en er altijd bij is is een gave van God. Hoe duister ook: Hij schenkt de levensadem, Hij schenkt de levensgeest; in schande en in schade is Hij nabij geweest. Later kan je dat vaak bevestigen dat de ‘Ik ben’ er altijd al was. Alleen in en door het geloof komen wij Hem nader want Hij was er allang voor ons.
Zonder geloof kan niemand God behagen want je moet geloven dat Hij is!
En Hij is mens geworden en heeft Zijn aangezicht aan ons getoond, vol van genade en waarheid. Looft dan God door alles heen! Amen.
Wat mooi omschreven, Jan. Ik herken je eenzame gevoelens en gedachten in de donkerste diepte. Ik was daar ook eens. Ik was nog niet gelovig, eerder bezig met alternatieve dingen. Ik kon niks meer en niks hielp. Geen medicijn, geen arts. Toen heb ik uitgeroepen naar God, als U bestaat, wilt u mij dan nu helpen? Ik kan het zelf echt niet meer. Ik had dat eerder gevraagd maar nu kwam het werkelijk uit het allerdiepste van mijn ziel. Ja en toen greep Hij in en begon het genezingsproces….. ik werd ineens gegrepen door een EO uitzending, toen een fantastische arts die zomaar op mijn pad gezet werd en meteen de juiste medicatie gaf, toen na weken ineens weer licht, een dominee op mijn pad, de zuivering en belijdenis, al het alternatieve in de kliko…… dit is jaren geleden en ik heb een enorme groei doorgemaakt. Nooit laat ik hem, mijn Grote Vriend, mijn Vader, meer los. Ik groei nog steeds en ipv dit jaar weer te vasten kreeg ik heel duidelijk op mijn hart om de hele bijbel te gaan lezen. Ik kan steeds meer mensen om mij heen helpen, met de inzichten die ik krijg en door mijn karakter dat Hij vormt en verandert. Elke dag ben ik hem weer dankbaar. Ik ben een bescheiden, dankbaar, vredig en behulpzaam mens geworden, mijn ego is stil. Eindelijk heb ik de rust in mijn ziel waarnaar ik altijd heb verlangt. Ik moet nog veel leren. Maar ik ga samen met Hem dit pad, dat hij heeft uitgestippeld. Geduld moet ik nog leren hierbij…..
En Jan, wat een mooi laatste zinnen van jou: …mijn ziel, eens zul je God zien, Zijn warmte weer voelen en zal Zijn licht de duisternis uit jou verjagen…… ja dat is waar elke ziel naar uiteindelijk naar verlangt.