Van Petrus tot Maria
De ooggetuigen van Lucas
De ooggetuigen van Lucas
Geloven wij in een sprookjesboek? Wel als je afgaat op wat de meeste mensen in onze samenleving vinden…
Voor hen is de Bijbel een boek vol onsamenhangende verhalen over een mysterieuze God die mensen te pas en te onpas straft, maar ondertussen wel iedereen Zijn wil oplegt.
De Bijbel is echter een boek dat je moet leren lezen. Het bevat geen geheimtaal, maar wel een Goddelijk ontwerp. Daardoor is er telkens zoveel meer te ontdekken.
De hele Bijbel is door God geïnspireerd, maar Hij heeft mensen en hun context gebruikt om Zijn Woord door te geven. Het prachtige evangelie van Lucas is hier een mooi voorbeeld van.
Lucas is vermoedelijk geboren in Antiochië, een stad in het moderne Turkije. Waarschijnlijk was hij Grieks. Hij is dan ook de enige niet-Joodse schrijver van een Bijbelboek. Beter gezegd: van twee Bijbelboeken: het evangelie dat zijn naam draagt en Handelingen.
Paulus onthult in Kolossenzen 4:14 dat Lucas arts van beroep was. Als wetenschapper ging hij methodisch te werk, ook bij het opschrijven van een biografie over het leven van Jezus en van de eerste decennia van de kerk.
De kerkvader Irenaeus heeft gezegd dat Lucas een trouwe metgezel van de apostel Paulus was, wat wordt ondersteund door Paulus’ brieven in het Nieuwe Testament. Ze reisden samen naar Filippi (Handelingen 16), naar Jeruzalem (Handelingen 21) en volgens de kerkvader Eusebius ook naar Rome, waar Paulus in erbarmelijke omstandigheden werd vastgehouden.
Paulus werd terechtgesteld in de jaren zestig van de eerste eeuw. Het Lucas-evangelie is net daarvoor of net daarna geschreven. Lucas draagt zijn boek op aan Theofilus. Het was in die tijd gebruikelijk dat boekschrijvers een sponsor hadden, want er waren hoge kosten aan verbonden.
In zijn opening zegt Lucas dat hij nog eens een ‘ordelijk verslag’ wil uitbrengen aan Theofilus, aangezien er blijkbaar veel verhalen de ronde doen over Jezus. Hij suggereert hiermee dat hij de hoofdrolspelers heeft opgezocht waar mogelijk en hen heeft gesproken.
Nu is het zo dat als een biograaf iemands naam als eerste en als laatste noemt, dat deze persoon dan de voornaamste bron is geweest. In het Lucas-evangelie komt van de discipelen Simon Petrus’ naam als eerste voor (Lucas 4, zijn naam wordt twee keer genoemd). Hij is ook de laatste die wordt genoemd (Lucas 24).
Net als Marcus heeft Lucas dus voornamelijk geput uit de verhalen en interpretaties van Petrus.
Aan het eind van zijn Bijbelboek, vertelt Lucas over twee mannen die ná Zijn opstanding van Jezus onderwijs kregen over het Oude Testament. Hij voegt eraan toe dat gedurende veertig dagen de opgestane Christus Zijn leerlingen bleef bezoeken en Hij hun bleef uitleggen hoe ze het Oude Testament moesten lezen in het licht van Hem.
Juist dat maakt het Lucas-evangelie zo fascinerend! Het is namelijk doordrenkt van de verhalen uit het Oude Testament en geeft die zo hun diepere, ware betekenis.
Neem de verzoeking in de woestijn. Jezus liet zich dopen in de Jordaan en bracht vervolgens veertig dagen door in de wildernis en werd daarna door de duivel op de proef gesteld.
Deze gebeurtenis is diep geworteld in het Oude Testament. Daar lezen we dat Israël veertig jaar in de woestijn doorbracht na de bevrijding uit Egypte en de doorgang door de Rietzee. Ze bleken helaas herhaaldelijk ontrouw te zijn.
Jezus maakt symbolisch hetzelfde mee. Zoals Israël door de Rietzee ging en aan de andere kant weer uit het water kwam, zo liet Jezus zich dopen in de Jordaan (God legde trouwens ook deze rivier droog toen Israël eindelijk het beloofde land in trok).
Israël bevond zich veertig jaar in de woestijn en was ontrouw. Jezus was hier veertig dagen, maar bleek trouw.
Dan verschijnt de slang die ook aan Adam en Eva verscheen in Genesis 3. Hij wordt hier ‘Satan’ genoemd (‘Tegenstander’). Hij verdraait Gods Woord. Maar anders dan bij Adam en Eva heeft hij geen succes. Jezus pareert hem iedere keer door Gods Woord juist te citeren. Waar Adam zweeg, daar sprak Jezus.
Het Lucas-evangelie staat vol met dit soort voorbeelden. Zo noemt Jezus zichzelf de ‘Mensenzoon’, een term die uit het Bijbelboek Daniël komt. Ook geeft Hij de ware invulling van de wet van Mozes, geneest Hij zieken, wekt Hij doden op, en blijkt Hij de lijdende Dienaar te zijn.
Wat mij het meest opvalt, is hoe gedetailleerd Lucas de geboorte van Jezus beschrijft. Hij doet dit door de ogen van Jezus’ moeder, Maria. Ook weet hij op bepaalde ogenblikken wat ze denkt. Het lijkt me daarom het meest waarschijnlijk dat Lucas Maria heeft ontmoet en rechtstreeks van haar heeft gehoord over de engelen, de tocht naar Betlehem en de geboorte.
Zij moet hem ook hebben verteld over die keer toen Jezus als 12-jarige was achtergebleven in Jeruzalem.
Lucas noemt trouwens nog andere namen in zijn geschrift. Bijvoorbeeld Jaïrus, wiens dochtertje door Jezus uit de dood werd opgewekt. Waarom wordt zijn naam genoemd en blijven zoveel anderen anoniem? Waarschijnlijk omdat hij bekend was in de tijd van Lucas. Hij was een prominent lid geworden van de vroege kerk!
Daarnaast wordt ook bijvoorbeeld Cleopas genoemd, en enkele vrouwen zoals Maria uit Magdala en ‘de andere Maria’. Dit alles duidt erop dat zij bekend waren in de dagen dat de Bijbel tot stand kwam, dat zij een belangrijke rol vervulden en dat zij ooggetuigen waren van wat Lucas opschreef.
Absoluut niet. Lucas deed gedegen onderzoek (vandaar ook alle historische feiten, zoals de namen van diverse bestuurders) en schreef zijn biografie over Jezus onder leiding van de Heilige Geest. Daarbij weefde hij het Oude Testament vakkundig in zijn eigen Bijbelboek.
Het resultaat is een geweldig epos in twee delen: Lucas en Handelingen.
Deze zomer ga ik met zo’n honderd mensen op expeditie door het leven van Jezus. Lucas is daarbij onze reisgids. Wil je deze zomer ook Jezus beter leren kennen? Doe dan mee aan ‘Van Betlehem tot Golgotha: op avontuur met Lucas’.
In tien minuten per dag lees je het hele evangelie van Lucas. We leggen verbanden met het Oude Testament en slaan de brug van toen naar nu. Je kunt kiezen voor e-mail of app en de reis in je eigen tempo volgen.
Kom je er een dag niet aan toe, geen probleem. Je kunt altijd verder gaan waar je was gebleven. Ben je meer een luisteraar? Kies dan voor de app, zodat je overdenkingen kunt afspelen. Ik lees zelfs de Bijbel aan je voor!
Wacht niet langer en ga mee. Opgeven kan nog deze week.